Nieuws

Kikkoman: Hoe samenwerken leidt tot innovatie

Gepubliceerd op
22 mei 2023

Het Japanse bedrijf Kikkoman heeft sinds 2007 een R&D-hub op Wageningen Science and Business Park (dat ook deel uitmaakt van Wageningen Campus) en is daarmee een van de eerste bedrijven die zich vestigde in de Food Valley. De huidige algemeen directeur Takuya Sato vertelt over het soort onderzoek wat Kikkoman samen met Wageningen University & Research (WUR) heeft gedaan en kijkt vooruit naar meer wetenschappelijke onderzoeksprojecten.

Waarom bevindt uw bedrijfshub zich op Wageningen Campus/Business Science Park in Wageningen?

In 1996 startte Kikkoman een productievestiging in Hoogezand-Sappemeer (Groningen) om natuurlijk gebrouwen sojasaus voor de Europese markt te produceren en de activiteiten in Europa uit te breiden. In 2007 volgde de R&D hub op Wageningen Campus. Als algemeen directeur werk ik hier nu een jaar. Met een collega die als senior wetenschapper afwisselend in Wageningen en in Soesterberg werkt, waar ze samen met TNO onderzoek doet. Kikkoman voert daarmee fundamenteel wetenschappelijk onderzoek uit in 4 R&D-hubs, naast Nederland in Japan, de VS en Singapore.

Kun je iets vertellen over de achtergrond van het bedrijf, over de core business?

Kikkoman brouwt al ruim 350 jaar sojasaus op natuurlijke wijze. In de zeventiende eeuw werd sojasaus volledig met de hand geproduceerd en was het uiterst zwaar werk. Tegenwoordig is de productie in 11 geautomatiseerde fabrieken in Japan, Noord en Zuid Amerika, Azië en Europa waarbij met behulp van geavanceerde technologie het kernproces van natuurlijk brouwen wordt nagebootst. En wordt de sojasaus verkocht in 100 landen over de hele wereld. Daarnaast produceert Kikkoman ook sojamelk (grootste producent in Japan) en producten op basis van tomaten en ingeblikte groenten en fruit onder het merk Del Monte in heel Azië (met uitzondering van de Filippijnen). Omdat Kikkoman zag hoe de bekendheid van sojasaus in relatie staat tot het populair maken van de Japanse eetcultuur werd al lang geleden gekeken hoe een marktaandeel te verwerven in de Aziatische (vooral Japanse) voedselgroothandel. Vanaf 1969 hebben we een aandeel in de Japan Foods Corp. (nu JFC International, Inc.). Tegenwoordig verwerkt JFC meer dan 10.000 producten, waaronder sojasaus, kant-en-klaarmaaltijden, bier en een breed scala aan Japanse voedingsmiddelen.

De productie van sojasaus (vooral het bottelproces) in de 19e eeuw.
De productie van sojasaus (vooral het bottelproces) in de 19e eeuw.

In Wageningen zijn we in 2007 gestart met wetenschappelijk onderzoek naar het indrogen van onze producten tot poeder en hebben we gewerkt aan zoutreductie in voeding. Door onze sojasaus in dressings en tomatensoep te gebruiken konden we tot 50% zoutreductie bereiken zonder de zoute smaakintensiteit en algehele smaak aan te tasten, onder andere door de ‘Umami-smaak’ (red: de vijfde basissmaak naast zoet, zuur, zout en bitter, al eeuwenlang gebruikt als natuurlijke smaakversterker in de Aziatische keuken).

Vanaf 2015 doen we fundamenteel onderzoek op het gebied van consumentgedrag en naar smaakbeleving. We willen begrijpen hoe mensen proeven en voedsel waarderen. Dit hebben we samen met WUR en TNO Human Factors onderzocht. Samen ontwikkelden we een nieuwe tool genaamd 'EmojiGrid', een affectieve zelfrapportagetool. Deze tool bestaat uit een rechthoekig raster dat is gelabeld met emoji's. Daarmee kunnen consumenten hun emoties aangeven die overeenkomen met hun gevoelens en de smaak van een product. In de toekomst willen we deze tool gebruiken als hulpmiddel in landen waar Kikkoman de zakelijke kansen wil verkennen. We hebben bijna 7 jaar onderzoek gedaan om de emoties van mensen tijdens het eten te begrijpen, maar nog steeds is daarin veel onderzoek mogelijk.

Kikkoman werkte ook samen met WUR in het onderzoek naar ‘Food Neophobia’, ofwel, de angst om nieuw voedsel te proberen. Waarom willen sommige mensen geen nieuw soort eten of onbekende keukens proberen en anderen wel? De jongere generatie lijkt daarbij meer open te staan voor nieuwe dingen. We zijn benieuwd hoe dit werkt. We gebruiken daarbij een ‘Food Neophobia Scale’, die uit 10 vragen bestaat en de mate van angst voor voedsel laat zien. We willen weten wat de belangrijke factoren zijn, hoe deze de score beïnvloeden, bijvoorbeeld generatie, karakter en opleidingsachtergrond.

Wist je dat Food Valley beroemd is in Japan? Dit Nederlandse concept wordt gebruikt om innovatie in de landbouw, bosbouw, visserij en voedingsindustrie in Japan te stimuleren.
Takuya Sato, algemeen directeur Kikkoman Europe R&D Laboratory

Wat zijn de voordelen van een verblijf op Wageningen Campus?

Over de voor ons belangrijke onderzoeksonderwerpen fermentatie, wetenschappelijk consumentenonderzoek, zoutreductie en voedselveiligheid is veel kennis aanwezig op de campus. Kikkoman werkt ook op het gebied van microbiologie. We produceren enzymen voor in vitro diagnostische tests (bijvoorbeeld voor diabetici en nierfunctie) en we maken hygiënemonitoringapparatuur voor detectie van micro-organismen en residuen in restaurants, ziekenhuizen en voedselproductiefaciliteiten (op basis van ATP-testen). We zoeken partners/universiteiten om mogelijke onderzoekssamenwerking te bespreken en samen nieuwe technologie te ontwikkelen. Fundamentele onderzoeksprojecten vinden we erg belangrijk om nieuwe zakelijke kansen te creëren. Naast Food Valley hebben we ons onlangs aangesloten bij het Food & Bio Cluster in Denemarken om onze R&D-activiteiten uit te breiden naar heel Europa.

Maak je gebruik van voorzieningen op de campus?

Op dit moment huren we alleen de locatie. Maar we wisselen met WUR ideeën uit voor een toekomstige samenwerking en hopelijk kunnen we daarbij gebruik maken van de gedeelde faciliteiten op de campus.

Hoe zie je de toekomst van je bedrijfshub in Wageningen?

Wist je dat Food Valley beroemd is in Japan? Van 2019 tot 2022 was ik vanuit Kikkoman gedetacheerd bij het Japanse ministerie van Landbouw, Bosbouw en Visserij (MAFF). In Japan hebben we een uitwisselingsprogramma tussen werknemers van particuliere bedrijven en van de overheid. Zo heb ik drie jaar voor het ministerie gewerkt. MAFF heeft een open innovatie-initiatief genaamd 'Field for Knowledge, Integration and Innovation', wat verwijst naar het Nederlandse concept van Food Valley. Hieruit blijkt dat Food Valley een goed voorbeeld is voor andere landen.

Ik heb zoveel dingen geleerd over de Food Valley toen ik bij MAFF zat, dat helpt me enorm nu ik in Wageningen werk. Bij de start hebben we de Food Valley geïntroduceerd en zijn we het eerste Japanse bedrijf hier in Wageningen. Zo leerden we ook hoe innovatie werkt als je samenwerkt. We zijn er trots op om in Wageningen te werken en kijken uit naar verdere samenwerkingen waarbij we ook onze R&D-capaciteiten weer verder kunnen versterken.